Sinds enkele jaren kunnen lokale besturen een lokaal erfgoedbeleid uittekenen, aanvullend op het Vlaams beleid. Daarvoor ontwikkelde de Vlaamse Regering verschillende initiatieven en instrumenten om lokale besturen nauwer te betrekken bij de zorg voor onroerend erfgoed. Dat kan door een gemeente te laten erkennen als onroerenderfgoedgemeente of het oprichten van een intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst.

Professionalisering en schaalvergroting

Lokale besturen waren en blijven enthousiast. Zo zijn de intergemeentelijke onroerenderfgoeddiensten een groot succes; bijna 70 procent van alle Vlaamse gemeenten werd op een termijn van vijf jaar lid van een intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst. “Het takenpakket dat elke intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst opneemt is erg divers”, vertelt Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele. “Ik wil met de visienota de ondersteunende en sensibiliserende rol van de intergemeentelijke onroerenderfgoeddiensten bevestigen, en tegelijkertijd pleiten voor professionalisering en schaalvergroting.”

Versterkt onroerenderfgoedlandschap

Een onroerenderfgoedgemeente bouwt een eigen beleid uit voor het aanwezige onroerend erfgoed op haar grondgebied, complementair aan het Vlaamse beleid. Tegelijk neemt een onroerenderfgoedgemeente bepaalde bevoegdheden en taken over van het agentschap Onroerend Erfgoed. Momenteel zijn er in Vlaanderen slechts 22 onroerenderfgoedgemeenten. “Via de voorliggende visienota wil ik deze onroerenderfgoedgemeenten meer verantwoordelijkheid en ruimte geven om een lokaal onroerenderfgoedbeleid te ontwikkelen. Ik bied hun voor het eerst ook financiële steun voor de rol die ze opnemen. Deze lokale partners kunnen meer nog dan vandaag al het geval is een beroep doen op de Vlaamse overheid, die zich als expertisecentrum profileert”, laat minister Diependaele weten.

“Op termijn wil ik zo komen tot een versterkt onroerenderfgoedlandschap, waarbij alle dertien centrumsteden een erkenning hebben aangevraagd als onroerenderfgoedgemeente. De 287 andere Vlaamse steden en gemeenten zijn minstens lid van een intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst”, besluit Matthias Diependaele.