Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele reageert op de open brief en de berichten in de pers over de geplande restauratie van en toevoegingen aan het Gentse Gravensteen. “Het Gravensteen is één van de meest toonaangevende gebouwen voor heel Vlaanderen en toont de grootsheid van Gent zoals het ooit was en nog steeds is”, laat minister Diependaele weten. “We steunen het Gentse stadsbestuur in haar plannen om het monument te restaureren en toegankelijk te maken voor personen met een handicap, om zo de uitstraling in Vlaanderen en internationaal nog te vergroten. Het Vlaams Agentschap Onroerend Erfgoed denkt hier constructief mee om dat moeilijke evenwicht te vinden tussen toegankelijkheid en bewaren van erfgoedwaarde.”

Participatie van de Gentenaars

“Maar, voor een project van zo’n omvang is het belangrijk om rekening te houden met de gevoeligheden van de lokale bevolking, de Gentenaars. Ze voelen zich verbonden met het Gravensteen. Het vertelt hun geschiedenis”, klinkt het bij minister Diependaele. “Daarom is overleg en voldoende participatie natuurlijk broodnodig. Elke stap moet met de hoogste voorzichtigheid gezet worden. Wie dergelijke werken wil aanvatten aan een gebouw dat de ziel raakt van de stad en haar inwoners, doet dat best erg omzichtig en investeert in tijd en inspanning om het project gedragen te maken en de hele bevolking mee te krijgen.”

Minister organiseert overleg

Minister Diependaele weet dat er heel wat Gentse gevoeligheden naar boven zijn gekomen. “Daarom wil ik een overleg met de verschillende actoren opstarten”, laat minister Diependaele weten. “Met dit initiatief wil ik de verschillende belangen met elkaar laten verzoenen. Dit is geen wettelijke taak van de Vlaamse Overheid, want wij zijn in dit proces niet betrokken. De reden waarom ik dit doe, is om een patstelling te voorkomen. Ik vind het mijn taak als minister van Onroerend Erfgoed om ons erfgoed te beschermen. Die taak neem ik heel ruim op, want voor mij valt zo’n verzoeningsoverleg ook onder het beschermen van ons erfgoed.”