In april 2021 lanceerden de Vlaamse ministers Demir en Diependaele een oproep voor kandidaat-Nationale Parken Vlaanderen en -Landschapsparken. Oorspronkelijk dongen tien gebiedscoalities mee naar erkenning als Nationaal Park en dertien naar erkenning als Landschapspark. Na een beoordeling door twee onafhankelijke commissies gingen zes kandidaat-Nationale Parken en zeven kandidaat-Landschapsparken door naar de volgende ronde. Zij werden begeleid in de opmaak van een masterplan en een operationeel plan. Uiteindelijk dienden vijf kandidaten een aanvraag voor een erkenning als Nationaal Park in, en zes kandidaten voor een erkenning als Landschapspark.

Stevig investeringsbudget

Na advies van de commissies van experten voor Nationale Parken en Landschapsparken heeft de Vlaamse Regering beslist acht kandidaten te erkennen. De erkende parken kunnen nu hun masterplannen realiseren. Ze krijgen daarvoor de nodige steun. Voor Landschapsparken is dat 489.000 euro per jaar, voor Nationale Parken is dat 608.000 euro per jaar. Daarnaast is er een stevig investeringsbudget beschikbaar voor alle parken de komende jaren.

Natuur en erfgoed

In een Nationaal Park ligt de nadruk op natuur, biodiversiteit en internationale uitstraling. Door de erkenning wil de Vlaamse Regering in een dichtbevolkt Vlaanderen enkele grote en robuuste natuurgehelen creëren. In een Landschapspark ligt het accent op de diverse functies van het gebied en de eeuwenlange wisselwerking tussen mens en natuur. “Zo speelt erfgoed ook een zeer belangrijke rol in deze parken. Ze vertellen dus mee het verhaal van een dorp en de geschiedenis ervan”, zegt Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele.

Taxandria in vervolgtraject

Voor Taxandria komt een definitieve erkenning te vroeg. De gebiedscoalitie wordt in de toekomst evenwel verder ondersteund en begeleid. Zo krijgt ze 139.000 euro per jaar werkingskrediet. “We gaan er samen met hen voor zorgen dat ze klaar zijn voor een volgende erkenningsronde als Vlaams Park”, aldus Demir.